Vruchtbaarheid en seksualiteit

Seksuele problemen

Door groeihormoondeficiëntie kunt u minder behoefte aan seks krijgen en/of minder makkelijk seksueel opgewonden raken. Dit kan zich ook uiten in problemen met het stijf worden en blijven van de penis (bij mannen) of het moeilijk vochtig worden van de vagina (bij vrouwen).

Seksuele problemen zijn nogal eens het gevolg van veel voorkomende klachten als moeheid of depressie. De problemen zijn dan dus een indirect gevolg. Maar vaak spelen ook de hormonen een belangrijke rol. Dit geldt vooral voor mensen die naast een tekort aan groeihormoon, ook te weinig geslachtshormonen – oestrogenen en testosteron (ook bij vrouwen!) – of teveel aan prolactine produceren.

Door de behandeling komt de hormoonspiegel weer op een normaal niveau. Het is mogelijk dat de seksuele problemen dan vanzelf verdwijnen. Als dat niet zo is, bespreek uw problemen dan met uw arts. Het kan zijn dat uw medicijnen moeten worden aangepast.

De weg terug...

Ook als de hormoonspiegels weer in orde zijn, lukt het niet altijd om weer een prettig seksleven op te bouwen. Zeker als er eenmaal een probleem is ontstaan, kan het lastig zijn om het plezier in seks weer te hervinden.

Bij seksualiteit spelen nu eenmaal veel verschillende factoren een rol. Seks is niet alleen iets lichamelijks, maar ook iets psychisch (denken en voelen) en sociaals (uw partner). Problemen met seks hebben zelden één duidelijke oorzaak. Mogelijk zijn er meerdere oorzaken. Om maar een paar voorbeelden te noemen van zaken die ook een rol kunnen spelen:

Misschien heeft u door uw aandoening een negatief beeld van uw lichaam gekregen. Bijvoorbeeld omdat u het gevoel heeft dat uw lichaam u in de steek heeft gelaten... Of omdat uw uiterlijk door uw ziekte sterk is veranderd en u zich daardoor onzeker voelt...Misschien heeft u last van blijvende klachten, waardoor u niet meer ten volle van seks kunt genieten. Mogelijk bent u vaak erg moe, heeft u nog vaak hoofdpijn, heeft u door de osteoporose vaak pijn in uw rug...Misschien is er iets veranderd in de relatie met uw partner. Dit hoeft natuurlijk niet direct met groeihormoondeficiëntie te hebben, maar sommige mensen hebben wel eens het gevoel dat zij en hun partner tijdens de behandeling uit elkaar zijn gegroeid.

Als het niet lukt om de weg terug naar een prettig seksleven te vinden, kunt u hulp vragen aan uw huisarts of aan een seksuoloog. Kijk voor meer informatie op www.nvvs.info.

Wat kunt u zelf doen?

• Praat open en eerlijk met uw partner. Het kan voor u een opluchting zijn om over het probleem te praten met uw partner. Samen kunt u op zoek gaan naar de oorzaak van het probleem. Het helpt ook om misverstanden uit de weg te ruimen: misschien kijkt uw partner heel anders tegen het probleem aan. Praten kan ook helpen voorkomen dat u uit elkaar groeit.
• Ga op zoek naar de oorzaak. Probeer na te gaan wat de mogelijke oorzaken zijn. Als u ongeveer weet wat de oorzaak is, kunt u het probleem beter aanpakken.
• Bespreek uw problemen met uw arts. Mogelijk hebben uw klachten een lichamelijke oorzaak die eenvoudig behandeld kan worden. Hoe sneller u hulp inroept, hoe eerder uw problemen verholpen zijn. Ook als de problemen geen lichamelijke oorzaak blijken te hebben, bent u weer een stap dichter bij de oplossing.
• Vrij op een andere manier. Door zo nu en dan iets nieuws te proberen, kunnen uw partner en u weer geïnspireerd raken. Sleur is niet bevorderlijk voor een spannend seksleven. Vrij daarom eens op een andere manier, een andere tijd of op een andere plek. Eventueel kunt u hulpmiddelen gebruiken, zoals een kunstpenis of massagestaaf.

Van wie krijgt u hulp?

• De (huis)arts heeft ervaring in het bespreken van seksuele problemen. Hij of zij kan misschien een oorzaak vinden. Eventueel kan de huisarts u verwijzen naar een hulpverlener die gespecialiseerd is in problemen met seks: een seksuoloog.
• U kunt ook direct zelf contact opnemen met een seksuoloog. Via de site www.nvvs.info vindt u een seksuoloog bij u in de buurt.

Vruchtbaarheidsproblemen

Een gevolg van groeihormoondeficiëntie kan zijn dat u verminderd vruchtbaar bent. Dit geldt zowel voor mannen als vrouwen.

Als u een kinderwens heeft, zijn dit soort problemen natuurlijk zeer wrang. Vaak leidt de kinderwens ook tot de diagnose: groeihormoondeficiëntie komt pas aan het licht als mensen proberen een kindje te krijgen.

Als groeihormoondeficiëntie wordt behandeld, keert ook de vruchtbaarheid weer terug. Ook als er problemen blijven bestaan, hoeft dit het krijgen van een kind niet direct uit te sluiten. Er zijn verschillende technieken als IVF en ICSI die u de mogelijkheid bieden om toch vader of moeder te kunnen worden. Hiervoor komt u onder behandeling van een deskundige op het gebied van vruchtbaarheid.

Voor meer informatie over vruchtbaarheidsproblemen kunt u onder meer terecht bij Stichting Freya, de vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen. Kijk op www.freya.nl.