Behandeling
Verschillende mogelijkheden
Welke behandeling u krijgt, is afhankelijk van uw precieze aandoening. De meeste hypofysestoornissen worden behandeld met medicijnen.
Bij hypofysetumoren
De meeste hypofysestoornissen worden veroorzaakt door een goedaardige tumor in de hypofyse. Hoe deze tumoren behandeld worden, is afhankelijk van de aard en de grootte van de tumor. Over het algemeen kunnen de volgende richtlijnen worden aangehouden:
- Functionerende tumoren (tumoren die hormonen produceren) worden vaak behandeld met medicijnen. De medicijnen zijn bedoeld om de hormoonhuishouding te normaliseren. De tumor kan ook operatief verwijderd worden.
- Niet-functionerende tumoren worden pas behandeld als zij klachten veroorzaken. Er wordt meestal pas operatief ingegrepen als de tumor op de oogzenuw drukt, of als het gevaar daarop bestaat.
Let op: dit is algemene informatie. Uw behandelaars kijken altijd naar uw persoonlijke situatie en stemmen de behandeling daar op af.
Behandelmogelijkheden
Hierna beschrijven wij de verschillende behandelmogelijkheden, dat wil zeggen:
- een operatie
- bestraling
- medicijnen
De verschillende behandelingen worden regelmatig met elkaar gecombineerd. Uw arts zal u uitleggen welke behandeling voor u het meest geschikt is.
De behandelend arts
Tijdens de behandeling kunt u met veel verschillende artsen en hulpverleners te maken krijgen. De operatie wordt bijvoorbeeld meestal uitgevoerd door een neurochirurg en een KNO-arts, en bij uw herstel wordt u bijgestaan door neuroverpleegkundigen.
Meestal blijft de endocrinoloog de hoofdbehandelaar. De verschillende artsen en hulpverleners houden de endocrinoloog op de hoogte van uw situatie. U komt regelmatig op controle bij de endocrinoloog. U bespreekt dan samen of de behandeling volgens plan verloopt. Eventueel past de endocrinoloog de behandeling aan.
Behandeling is niet altijd nodig
Hierboven heeft u al kunnen lezen dat behandeling niet altijd nodig is. Meestal gaat het dan om niet-functionerende microadenomen. Deze tumoren hebben niet of nauwelijks invloed op de hormoonhuishouding: ze zijn erg klein en maken zelf geen hormonen aan. Omdat ze zo klein zijn veroorzaken ze ook geen lokale klachten.
Omdat gezwellen vaak blijven groeien, wordt er regelmatig een nieuwe MRI-scan gemaakt. In een later stadium is behandeling misschien wel nodig.
Operatie
Een hypofysetumor kan operatief verwijderd worden. Zo’n operatie is een relatief eenvoudige ingreep omdat er meestal geopereerd kan worden via de neusholte. Meestal wordt er direct via het neusgat geopereerd, soms via een sneetje achter de bovenlip.
Een voordeel van de operatie is dat deze direct resultaat kan geven. De tumor drukt niet langer op de hypofyse, waardoor deze weer beter kan functioneren (al is dit niet altijd het geval). Als de tumor zelf een bepaald hormoon aanmaakte, is het overschot aan dit hormoon afgenomen of verdwenen. Een ander voordeel is dat de druk op de oogzenuw verdwijnt. Bij ernstige gezichtsuitval zullen de klachten al snel na de operatie verminderen.
Aan een operatie kleven echter ook risico’s. Zo lukt het niet altijd om de gehele tumor te verwijderen, omdat het verschil tussen het tumorweefsel en het gewone weefsel soms lastig te zien is of omdat de neurochirurg niet overal bij kan komen.
Ook kan er na de operatie een tekort aan hormonen ontstaan. Hiervoor zijn twee mogelijke oorzaken:
- De hypofyse is beschadigd tijdens de operatie en is niet meer in staat om een bepaald hormoon of bepaalde hormonen aan te maken. Soms herstelt de hypofyse zich en is het tekort maar tijdelijk, helaas kan het tekort ook blijvend zijn. Een tekort kan aangevuld worden met medicijnen.
- Soms duurt het vele maanden voordat de gezonde cellen in de hypofyse weer normaal gaan functioneren. Zij hebben lange tijd niets meer hoeven doen omdat de tumor steeds meer hormoon aanmaakte. Na de operatie kan er dan dus een tekort ontstaan aan het hormoon dat de tumor eerst maakte. U krijgt daarvoor medicijnen. Er zal in de loop van de tijd gekeken worden of de hypofyse weer in staat is om zelf het hormoon aan te maken.
Bestraling
Een behandeling met bestraling (radiotherapie) wordt momenteel vooral gebruikt als aanvullende behandeling. Als het tijdens een operatie niet gelukt is de gehele tumor te verwijderen, kan het restant van de tumor bestraald worden.
Bestraling kan echter ook een op zichzelf staande behandeling zijn. Bestraling wordt soms al als alternatief voor een operatie gebruikt: bijvoorbeeld als iemand zo’n slechte conditie heeft dat hij of zij niet geopereerd kan worden.
Door radiotherapeutische straling stopt de (rest)tumor met groeien. Na verloop van tijd wordt de tumor zelfs kleiner. Ook maakt de tumor minder hormonen aan, althans: als het om een functionerende tumor gaat.
Een nadeel is dat bestraling niet direct resultaat geeft: het effect wordt vaak pas na jaren merkbaar. In de tussentijd kan de arts u – afhankelijk van uw persoonlijke situatie – medicijnen voorschrijven. Ook verliest de hypofyse de resterende functies door bestraling.
Verwachting
Radiotherapeuten verwachten dat bestraling in de toekomst vaker zal worden toegepast bij het behandelen van hypofysetumoren. Door nieuwe technieken is het steeds beter mogelijk de straling heel precies op de tumor te richten. De kans dat het omliggende weefsel beschadigt raakt, is daardoor sterk afgenomen ten opzichte van vroeger.
Medicijnen
Medicijnen maken het mogelijk om de hoeveelheid hormonen terug te brengen tot een normaal niveau. Zo wordt het evenwicht in het lichaam hersteld.
- Als er een tekort aan hormonen bestaat, wordt dit tekort aangevuld. Soms is het ook mogelijk de aanmaak van deze hormonen te stimuleren.
- Als er een teveel aan hormonen is, wordt de aanmaak van deze hormonen afgeremd. Soms is het ook mogelijk de werking van deze hormonen af te zwakken.
U moet de medicijnen vaak lange tijd gebruiken, soms voor de rest van uw leven.
Met medicijnen wordt geprobeerd de normale situatie zo goed mogelijk te benaderen. Toch wordt het nooit meer helemaal zoals vroeger: medicijnen kunnen de hypofyse nooit helemaal vervangen. De continue afgifte kan met behulp van medicijnen redelijk goed worden nagebootst, maar de snelle pulsen niet.