Te weinig prolactine
Moedermelk
Prolactine zet het lichaam aan tot het maken van moedermelk. Een vrouw die zwanger is of borstvoeding geeft, heeft extra veel van dit hormoon in haar bloed. Bij anderen – ook bij mannen – is het hormoon in kleinere hoeveelheden in het bloed aanwezig.
Een tekort aan prolactine kan onder meer ontstaan als gevolg van het syndroom van Sheehan. Hiervan is sprake als een vrouw tijdens de bevalling onverwachts veel bloed verliest. Daardoor kan de hypofyse ernstig beschadigd raken (hypopituïtarisme).
Er zijn ook andere oorzaken mogelijk, zoals een aanlegstoornis. Ook gebruik van bepaalde geneesmiddelen, bijvoorbeeld geneesmiddelen tegen de ziekte van Parkinson, kunnen tot een verlaging leiden.
Klachten
Een tekort aan prolactine leidt bij mannen niet tot klachten. Bij vrouwen kan het tekort leiden tot problemen bij de borstvoeding. Het voeden gaat moeilijk of helemaal niet. Sommige vrouwen geven ook aan zich erg moe te voelen en soms wordt het verlies van schaamhaar en okselhaar gemeld.
Diagnose
Met behulp van een bloedproef wordt het gehalte aan prolactine vastgesteld. Als het gehalte laag is, wordt er een MRI-scan van de hypofyse gemaakt.
Behandeling
Een tekort aan prolactine wordt meestal niet behandeld, omdat het tekort niet of nauwelijks klachten geeft. Jonge moeders zullen vaak noodgedwongen moeten overstappen op flesvoeding.
Meer informatie
Bij de Nederlandse Hypofyse Stichting kunt u een boekje over het Syndroom van Sheehan bestellen. Zie www.hypofyse.nl.