Voeding en PDS
Individuele klachten
Een meerderheid van de mensen met PDS heeft het gevoel dat er een relatie is tussen hun klachten en bepaalde voedingsmiddelen. Welke voedingsmiddelen klachten veroorzaken verschilt echter van persoon tot persoon.
Veel mensen wijzen de zogenaamde gasvormende producten als ui, kool en bonen aan als de ‘boosdoeners'. Maar ook koffie en thee, rood vlees, alcohol, dierlijke vetten en zoetstoffen worden genoemd - en nog veel meer. Het lastige is dat er niet één voedingsmiddel of één groep voedingsmiddelen aan te wijzen is die bij iedereen altijd klachten veroorzaakt. De reacties zijn daarvoor te individueel.
"Ik had erg veel last van brandend maagzuur. Sinds ik sojamelk gebruik in plaats van dierlijke melk is dat veel minder. Een vriendin van mij heeft ook PDS en ik had haar aangeraden sojamelk te drinken. Bij haar werden de klachten juist erger!"
Dieet aanpassen
Mensen met PDS worden vaak door schade en schande wijs: ze ontdekken na verloop van tijd welke producten klachten veroorzaken. Vaak passen ze dan hun dieet aan. Ze gebruiken een voedingsmiddel niet meer of zo min mogelijk, zodat ze geen klachten krijgen.
Het aanpassen van de voeding is niet zonder risico. Als u bepaalde producten uit de weg gaat, bestaat de kans dat uw voeding te eenzijdig wordt. In het ergste geval loopt u tekorten op en krijgt u weer andere klachten. Dat is niet de bedoeling. Met andere woorden, als u besluit een bepaald voedingsmiddel niet meer te gebruiken, is het van belang zeker te weten dat dit voedingsmiddel inderdaad de klachten veroorzaakt.
"Ik kreeg altijd diarree als ik pasta had gegeten. Daardoor was ik ervan overtuigd dat ik een glutenintolerantie had. Mijn huisarts heeft me doorverwezen naar een diëtist. Van die diëtist moest ik opschrijven wat ik allemaal at en dronk. Daardoor kwam ik erachter dat het aan de saus lag! Iedere keer als ik iets met tomaten uit blik maakte, had ik dezelfde klachten. Nu eet ik weer volop pasta. Maar geen tomatensaus meer!"
Meten is weten
Het verband tussen bepaalde voedingsmiddelen en klachten is lang niet altijd direct duidelijk. Dat heeft drie redenen.
Ten eerste hoeven de klachten niet meteen na het eten of drinken van het product op te treden. Het eten legt een lange weg af door het lichaam, waarbij het achtereenvolgens de slokdarm, maag, dunne en dikke darm passeert. Onderweg gebeurt er van alles zodat de voeding verteerd kan worden. De totale weg door het lichaam neemt ongeveer 36 uur in beslag en gedurende die hele reis kunnen klachten optreden.
Ten tweede eten we zoveel verschillende dingen op een dag, dat meerdere voedingsmiddelen tegelijk ‘verdacht' kunnen zijn. Zelfs een eenvoudig ontbijt bevat al tientallen ingrediënten. Dus hoe weet u dan welk ingrediënt klachten veroorzaakt?
Ten derde is het niet altijd zo dat één bepaald voedingsmiddel altíjd klachten veroorzaakt. Soms kunt u een bepaald voedingsmiddel normaal gesproken goed verdragen. Met datzelfde voedingsmiddel kan het misgaan op momenten van stress, of als u al veel last heeft van uw darmen.
Om te ontdekken welke voedingsmiddelen bij u klachten geven, kunt u het beste eerst uw voedingspatroon in kaart brengen. Meten is weten! De beste aanpak is om dat te doen met behulp van een voedingsdagboek.
"Ik nam 's avonds wel eens een volkorenappelkoek bij de koffie. Klinkt gezond hè? Volkoren én appel, beter kan niet. Maar door het voedingsdagboek werd ik wantrouwend: is zo'n koek voor mij wel zo gezond?... Niet dus. Sinds ik de koek achterwege laat, heb ik de volgende ochtend geen last meer van een pijnlijke buik. Toen ik me ging verdiepen in het FODMAP-beperkte dieet begreep ik dat juist de koolhydraten in die koek mijn klachten veroorzaakten."