Algemene informatie
Toepassing
De keuze voor een medicijn is afhankelijk van verschillende, soms ook persoonlijke factoren. Het gaat bijvoorbeeld om de effectiviteit van een middel, de bijwerkingen die het heeft, maar ook om hoe u die bijwerkingen ervaart.
Vaak is er een richtlijn waar artsen gebruik van kunnen maken: een afspraak over - in dit geval - het voorschrijven van medicijnen. Hier baseren we ons op de volgende richtlijnen:
- NHG-standaard Hoofdpijn (2014) van het Nederlands Huisartsen Genootschap. U kunt de richtlijn inzien via www.artsennet.nl.
- NVN-Richtlijn (2017, Medicamenteuze behandeling van migraine, medicatie over gebruikshoofdpijn en spanningshoofdpijn) van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie (NVN). De richtlijn kunt u vinden op de website van de NVN: www.neurologie.nl.
Op sommige punten is de tekst geactualiseerd door deskundigen op het gebied van hoofdpijn.
Aanpassen van de dosis of het middel
Soms kan het voorschrift worden aangepast. Dat gebeurt bijvoorbeeld als een middel niet het gewenste effect heeft, veel bijwerkingen geeft of omdat u het niet prettig vindt in het gebruik. Overleg in dat geval met uw arts of de dosering kan worden aangepast of dat u op een ander middel kunt overstappen. Doe dat nooit uit eigen beweging.
Medicijnen met en zonder voorschrift
Veel medicijnen die bij hoofdpijn worden gebruikt, kunnen zonder voorschrift van de arts worden gekocht bij de apotheek of drogist. Andere zijn alleen op voorschrift (recept) van de arts bij de apotheek te koop. Voor een goed verloop van uw behandeling is het nodig dat uw arts een overzicht heeft van alle medicijnen die u gebruikt, dus óók de medicijnen die u zonder voorschrift heeft gekocht. Houd dus goed bij wat u gebruikt, en geef uw arts hier een overzicht van. Eventueel kunt u bij de apotheek een geneesmiddelenpaspoort aanvragen, dit is een overzicht van alle medicijnen die u bij de apotheek heeft gekocht en/of afgehaald.
Let op: medicatieafhankelijke hoofdpijn
Door te vaak of te lang achtereen pijnstillers (paracetamol, NSAID's) of antimigrainemiddelen (triptanen, ergotamine) te gebruiken, kunt u medicatieafhankelijke hoofdpijn (ook wel: medicatieovergebruikshoofdpijn) krijgen. Uw hoofdpijn wordt in dat geval ernstiger door het gebruik van medicijnen: u zult vaker hoofdpijn hebben, terwijl de werking van de medicijnen minder sterk wordt. Deze vorm van hoofdpijn is een groot probleem: er zijn naar schatting zo'n half miljoen Nederlanders en Belgen met medicatieafhankelijke hoofdpijn.
Ook om deze reden is het sterk aan te raden uw medicijnen volgens het voorschrift van uw arts te gebruiken. Overleg dus ook met uw arts over het gebruik van middelen die u niet op recept koopt; ook die medicijnen geven een behoorlijk groot risico op medicatieafhankelijke hoofdpijn.
Om de kans op medicatieafhankelijke hoofdpijn zo klein mogelijk te maken, kan het goed zijn de kalender uit het hoofdpijndagboek bij te houden.
Bijwerkingen
Alle medicijnen kunnen bijwerkingen hebben. We noemen hier niet alle bijwerkingen, maar alleen de bijwerkingen die soms tot geregeld voorkomen. We duiden het voorkomen van bijwerkingen aan als:
- Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
- Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
- Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
- Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
Bijsluiter
Kijk in de bijsluiter voor een volledige lijst van de mogelijke bijwerkingen. Bedenk dat de bijsluiter alle bijwerkingen bevat die ooit zijn gemeld. Een groot deel ervan is dus zeldzaam.
Bent u niet in het bezit van een bijsluitertekst, vraag hiernaar bij uw apotheker of kijk op de website: www.cbg-meb.nl. Op deze website van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen vindt u alle bijsluiterteksten van medicijnen die in Nederland verkrijgbaar zijn.
Een bijwerking melden
Het kan zijn dat u een bijwerking krijgt die niet in de bijsluiter staat. Het kan ook zijn dat u een bijwerking krijgt die wel in de bijsluiter maar die u als ernstig ervaart of heeft ervaren. Overleg in zo'n geval altijd met uw arts of apotheker.
Het is aan te raden zo'n onbekende of ernstige bijwerking ook te melden aan het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb. Dit centrum verzamelt en analyseert informatie over bijwerkingen om de veiligheid van geneesmiddelen te bewaken. Door uw bijwerking te melden, helpt u mee aan het bewaken van de geneesmiddelveiligheid. Let op: u kunt ook een melding doen als u niet echt zeker bent dat het om een bijwerking gaat van het medicijn dat u gebruikt. Alles wat u de moeite waard vindt om te melden mag u bij Lareb melden.
U kunt een bijwerking online melden, via een formulier op de website: www.lareb.nl. U kunt ook een papieren meldformulier aanvragen via [email protected]. Uw (altijd anonieme) melding wordt vertrouwelijk behandeld.
Als er door Lareb signalen worden gevonden van bijvoorbeeld nieuwe bijwerkingen, dan worden deze doorgegeven aan het College ter Beoordeling van geneesmiddelen, dat voor Nederland de registratie van medicijnen regelt. Het CBG kan besluiten om bijvoorbeeld een bijsluitertekst aan te passen of in een uiterste geval een geneesmiddel van de markt te halen.
Invloed op de rijvaardigheid
Sommige medicijnen die bij hoofdpijn worden gebruikt, hebben invloed op de rijvaardigheid. Als u deze middelen gebruikt, kan het verboden zijn om auto te rijden! Verder is het aan te raden ook extra voorzichtig te zijn in bepaalde situaties, zoals bij het bedienen van machines of het oversteken van een drukke weg.
Uw arts en de medewerkers van de apotheek behoren u over de invloed van medicijnen op de rijvaardigheid te informeren. Op de verpakking hebben deze medicijnen een gele sticker of er staat informatie op het etiket. Ook in de bijsluiter staat informatie. Zie ook de website www.rijveiligmetmedicijnen.nl. Als voor u niet duidelijk is wat u wel en niet mag, overleg dan met de apotheek.
Neem in elk geval geen onnodige risico's. Als u medicijnen gebruikt waarmee u niet mag rijden en u veroorzaakt een ongeluk, kan dat grote gevolgen hebben voor uzelf en voor andere mensen die bij het ongeluk betrokken zijn. Het kan zijn dat uw verzekering weigert de kosten - ook die van claims van andere betrokkenen - te vergoeden.
Toedieningsvormen
We geven hieronder een algemeen overzicht van toedieningsvormen: niet alle vormen worden bij medicijnen voor migraine gebruikt.
- Via de mond. Deze medicijnen zijn beschikbaar als tablet, smelttablet, capsule, dragee of als drankje of druppels. Deze middelen moeten meestal op een vast tijdstip worden ingenomen, soms meerdere malen per dag. Sommige tabletten en capsules hebben een gereguleerde afgifte: deze geven de werkzame stof geleidelijk af.
- Via een injectie in een ader of spier of onder de huid. Injecties in een ader moeten door een verpleegkundige of arts worden gegeven. Injecties in een spier of onder de huid kunt u soms zelf toedienen, bijvoorbeeld met een speciale injectiepen.
- Via de slijmvliezen van endeldarm, mond of neus. U krijgt deze medicijnen in de vorm van spray, druppels, zetpil of klysma. Het voordeel hiervan is dat de medicijnen snel worden opgenomen en snel hun werk kunnen doen. Bij migraine komt braken voor; antibraakmiddelen kunnen als zetpil worden gegeven, zodat het middel niet uitgebraakt wordt.
- Via de huid. Deze middelen worden toegediend als pleister die de werkzame stof afgeeft via de huid. Vaak is zo’n pleister voldoende voor enkele dagen.
Toediening bij migraine
Omdat migraine gepaard kan gaan met misselijkheid en overgeven, bestaat de kans dat u een tablet uitbraakt. Om deze reden krijgt u vaak eerst - in de vorm van een zetpil - een antibraakmiddel. Dit voorkomt dat u een tablet uitbraakt, maar bevordert bovendien de opname van de pijnstillers in het lichaam. Pijnstillers zijn er tegenwoordig overigens lang niet meer altijd als tablet. Sommige medicijnen kunnen in de vorm van een injectie of zetpil worden gegeven. Triptanen kunnen ook in de vorm van een neusspray worden voorgeschreven. Uw arts of apotheker kan u de voor- en nadelen van deze toedieningsvormen uitleggen.
Werkzame stof, merknaam
Medicijnen hebben altijd meerdere namen: een stofnaam en één of meerdere merknamen. De stofnaam is die van de werkzame stof. De merknaam is de verkoopnaam, dus de naam die de fabrikant aan het medicijn geeft. Omdat verschillende fabrikanten medicijnen mogen maken die dezelfde werkzame stof bevat, kan een medicijn onder verschillende namen voorkomen. Vaak is bovendien een merkloze versie verkrijgbaar: stof- en merknaam zijn dan hetzelfde.
In de paragrafen hieronder geven we steeds eerst de naam van de werkzame stof. De merknamen (en eventuele merkloze versies) staan er tussen haakjes achter.
Meer informatie
Als u meer wilt weten over de medicijnen, kunt u terecht bij de arts die de medicijnen voorschrijft en bij uw apotheker. U kunt ook kijken op internet, www.apotheek.nl. Hier kunt u ook een vraag aan een apotheker stellen. Deze website gaat uit van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP). Dit is de beroepsorganisatie van apothekers. U krijgt er betrouwbare informatie.
Onderzoek
Er wordt veel onderzoek gedaan naar nieuwe medicijnen en andere behandelmethoden voor hoofdpijn in academische ziekenhuizen, zoals het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC). Voor meer informatie kunt u terecht bij de Nederlandse Hoofdpijn Vereniging of Hoofdpijnnet.