Voeding en ITP

Belangrijk: gezond eten

Bij ITP is het niet nodig een speciaal dieet te volgen. Van sommige voedingsmiddelen is wel bekend dat ze de samenstelling van het bloed kunnen beïnvloeden, er zijn bijvoorbeeld producten die het aantal bloedplaatjes kunnen verlagen. Het effect is echter minimaal, dus u hoeft er niet echt rekening mee te houden.

De belangrijkste maatregel die u kunt nemen is: gezond eten. Als u gezond eet, krijgt het lichaam alle voedingsstoffen binnen die het nodig heeft. Zo verbetert u uw algemene weerstand. Dit maakt u sterker: u bent beter bestand tegen bestaande klachten en minder vatbaar voor infecties.

Daarnaast verkleint gezond eten het risico op nieuwe klachten. Het risico op een aantal chronische ziekten, zoals obesitas (overgewicht), hart- en vaatproblemen en mogelijk zelfs bepaalde vormen van kanker, wordt kleiner.

Hoe u gezond eet? Het Voedingscentrum heeft hiervoor een aantal voedingsadviezen opgesteld. Hieronder, in de volgende paragrafen, leggen we de adviezen uit.

Overleg met uw arts

Wij bespreken hier de algemene adviezen. Met uw arts kunt u uw persoonlijke situatie bespreken: in uw geval liggen de zaken misschien net even anders. Als u nog een andere aandoening heeft, bijvoorbeeld diabetes, gelden er soms speciale voedingsadviezen.

De voeding aanpassen

Misschien wilt u – ondanks bovenstaande informatie – toch rekening houden met de invloed van voeding op de bloedplaatjes. Dat is begrijpelijk: veel mensen vinden het fijn actief met hun gezondheid bezig te zijn. Er is wel een aantal maatregelen mogelijk.

De maatregelen die we hieronder bespreken hebben stuk voor stuk een andere uitwerking. Sommige zijn al eerder in de tekst aan bod gekomen, maar voor het overzicht staan ze hier nog een keer op een rijtje.

Mogelijke maatregelen

• Drink iedere dag anderhalf tot twee liter. Met deze maatregel kunt u voorkomen dat u last krijgt van obstipatie (verstopping). Obstipatie is gevaarlijk omdat het bloedingen in de darmen kan veroorzaken. In de volgende paragraaf kunt u lezen welke dranken geschikt zijn. Ook een glas lauw water op de nuchtere maag is goed voor de stoelgang.
• Ook vezelrijke voeding helpt obstipatie voorkomen. Vezels zorgen ervoor dat de ontlasting meer vocht vasthoudt. Daardoor wordt de ontlasting zachter. Het is wel belangrijk dat u er voldoende bij drinkt. Vezels zitten vooral in volkoren producten, maar ook in groente, fruit en peulvruchten.
• Vitamine K bevordert de stolling. Een ernstig tekort aan deze vitamine kan leiden tot een verhoogde bloedingsneiging. Vitamine K zit vooral in groene groenten, zoals sla, broccoli, spinazie, waterkers, en in kool-achtige groenten, zoals kool, spruiten, bloemkool. Gebruik van deze groenten is aan te raden.
• Van bepaalde producten is bekend dat ze de bloedstolling juist vertragen. Dit zijn onder meer bosbessen, grapefruit, knoflook, ginseng en tomaten. Probeer niet te veel van deze voedingsmiddelen te gebruiken.
• Onder invloed van de stof kinine daalt het aantal bloedplaatjes. Kinine heeft een bittere smaak en zit onder meer in de frisdranken tonic en bitter lemon. Soms wordt het toegevoegd aan grapefruitsap. Het komt van nature ook voor in het hart van de ananas. Voedingsmiddelen met kinine kunt u beter vermijden.
• Ook door overmatig alcoholgebruik kan het aantal bloedplaatjes dalen. Drink daarom met mate: niet meer dan één glas (vrouwen) of twee glazen (mannen) per dag en twee dagen in de week helemaal niet. Als het aantal bloedplaatjes erg laag is kunt u beter helemaal geen alcohol drinken.
• Bij het gebruik van bepaalde medicijnen mag u geen grapefruitsap drinken. Grapefruitsap kan de afbraak van medicijnen vertragen, waardoor u meer kans op bijwerkingen heeft. Dit gebeurt onder meer bij cytostatica. Op www.apotheek.nl kunt u nakijken of dit effect er ook bij uw medicijnen is. Overigens zal uw arts of apotheker u hier ook voor waarschuwen.
• Sommige mensen met een auto-immuunziekte merken dat hun klachten verergeren als ze zuivelproducten gebruiken, zoals melk, kaas en yoghurt. Anderen merken een verband op met gluten. Voor deze zaken is geen wetenschappelijk bewijs, maar als u ook een dergelijk effect opmerkt, kunt u proberen het gebruik van deze producten te verminderen. Zorg er wel voor dat u gezond blijft eten en voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt!

Meld het altijd aan uw arts als u ineens op een heel andere manier gaat eten: dit kan van belang zijn voor de behandeling.

“In het begin was ik erg met mijn voeding bezig. Ik ging bijvoorbeeld heel veel groene groenten eten. Ik maakte zelf ook groentesappen. Maar op een gegeven moment werd ik het zat om de hele tijd met mijn voeding bezig te zijn. Mijn medisch specialist zei ook dat het allemaal niet zo veel uitmaakte, dus toen ben ik weer gewoon gaan eten.”