In dit hoofdstuk
- Cognitieve en sociale problemen. Er is veel hulp om beter te leren omgaan met klachten in het dagelijks leven. Lees verder.
- Taal- en spraakproblemen. Bij taal- en spraakproblemen kan logopedie helpen. U krijgt dan oefeningen om de taal of spraak te verbeteren. Lees verder.
- Problemen met bewegen. Fysiotherapie is nuttig bij problemen met bewegen. Ook ergotherapie kan geschikt zijn om problemen in het alledaagse leven aan te pakken. Lees verder.
- Psychische problemen. Voor mensen met psychische problemen is er veel hulp. Welke hulp geschikt is, is afhankelijk van (de ernst van) het probleem. Lees verder.
- Hormonale stoornissen. Een verlate puberteit kan op gang gebracht worden met een hormoonbehandeling. Bij een verminderde vruchtbaarheid kan een kunstmatige vruchtbaarheidsbehandeling helpen. Lees verder.
- Verlaagde botdichtheid (osteopenie). Bij een verlaagde botdichtheid krijgt u voedingsvoorschriften en leefstijladviezen. Hiermee kunt u de botdichtheid op een gezond peil houden. Lees verder.
- Oogklachten (staar). Staar vermindert meestal na de start van het dieet. Een operatie om staar te verhelpen, is daarom bijna nooit nodig. Lees verder.