Oorzaak
De oorzaak is niet duidelijk
Hoewel de laatste jaren veel onderzoek naar PDS is gedaan, zijn de oorzaken nog niet goed opgehelderd. Wel zijn er veel gegevens boven tafel gekomen, die waarschijnlijk onderdeel zijn van de puzzel. Deze puzzelstukjes beschrijven we hieronder.
Er is overigens nog veel onderzoek naar PDS gaande. De komende jaren zal de oorzaak daarom hopelijk verder worden opgehelderd. U kunt onder meer op de hoogte blijven via de websites van de Prikkelbare Darm Syndroom Belangenvereniging (www.pdsb.nl) en de Maag Lever Darm Stichting (www.mlds.nl).
Sensitisatie
Veel mensen met PDS geven aan dat de klachten begonnen na een bepaalde gebeurtenis (ook wel 'sensitizing event'). Voorbeelden die worden gegeven zijn een infectie, operatie, trauma, bevalling en misbruik. Zulke gebeurtenissen zijn niet de oorzaak van de PDS. Wel kunnen zij ervoor zorgen dat de PDS 'op gang' komt.
Verstoorde darmwerking
Een aantal van de klachten heeft waarschijnlijk te maken met een verstoorde darmwerking. Bij sommige mensen met PDS trekt de dikke darm zich bijvoorbeeld vaker en krachtiger samen dan bij andere mensen. (Dit is de reden dat PDS ook wel ‘spastische darm' wordt genoemd.) Een ander verschil is dat de darmactiviteit na een maaltijd bij mensen met PDS sneller of juist minder snel toeneemt dan bij andere mensen. Zo zijn er meer verschillen. De darmen van mensen met PDS gedragen zich in bepaalde opzichten dus anders dan die van andere mensen.
Waarschijnlijk heeft de verstoorde werking te maken met een verandering in de manier waarop de darmwerking door het zenuwstelsel wordt geregeld. De darmen worden op twee manieren aangestuurd: via de hersenen en, buiten de hersenen om, via zenuwen in en rond de darmen zelf. Tussen het zenuwstelsel van de darmen en de hersenen bestaat een samenwerking, ook wel de hersen-darm-as.
Wanneer er ergens in de aansturing van de darmen een storing optreedt, kan dit de darmwerking ontregelen. Het zenuwstelsel van de darmen zelf is bijvoorbeeld in staat om vast te stellen dat u heeft gegeten en kan vervolgens de darmactiviteit opvoeren zodat de vertering op gang komt. Het is goed voor te stellen dat een verkeerde aansturing van dit zenuwstelsel darmklachten kan geven.
"Mijn huisarts heeft wel eens de werking van de hersen-darm-as uitgelegd, dus de manier waarop de hersenen en de darm met elkaar ‘communiceren'. Hij vergeleek de hersenen met een pianist en de darmen met een piano. De pianist bepaalt de muziek... Meestal speelt die pianist heel behoorlijk, maar mensen met PDS zitten opgescheept met een talentloze pianist die irritante muziek maakt..."
(Dit citaat is ontleend aan de inaugurele rede van prof. dr. R. Brummer bij de aanvaarding van het ambt van Hoogleraar Medische Voedingsleer en Klinische Diëtetiek, 6 juni 2003, Universiteit van Maastricht.)
Serotonine en darmbeweging
Onderzoekers vermoeden dat de verstoorde darmwerking mede te maken heeft met de stof serotonine. Serotonine is een hulpstof die het lichaam zelf maakt - 90 % van de serotonine ontstaat in de darmen. Deze stof maakt signalen tussen zenuwen en cellen mogelijk en heet daarom neurotransmitter. Serotonine heeft verschillende functies op verschillende plaatsen in het lichaam.
Serotonine speelt een rol in de darmen bij het regelen van de darmbewegingen, het afscheiden van vocht en bij het gevoel vanuit de darm. Een verstoring in de serotoninehuishouding zou dus tot problemen in de darm kunnen leiden, zoals diarree en buikpijn.
Serotonine speelt ook in de hersenen een rol. In de hersenen heeft serotonine een andere werking dan in de darmen. Daar is de stof betrokken bij het reguleren van angst en de stemmingen. Omdat angststoornissen en depressie bij mensen met PDS relatief vaak voorkomen, bestaat het vermoeden dat er een verband is tussen PDS en dit soort gevoelens. Wat dat verband precies is, is nog niet opgehelderd.
Soms helpen medicijnen tegen depressie om PDS-klachten te verminderen. De medicijnen worden dan niet voorgeschreven om een depressie te behandelen, maar om pijnprikkels uit de buik te verminderen en de beweeglijkheid van de darmen te verbeteren.
Pijngevoeligheid
De darmen van mensen met PDS blijken gevoeliger te zijn voor pijnprikkels. Dit is onderzocht door bij proefpersonen een ballonnetje in de darmen te brengen en op te blazen. Mensen met PDS gaven eerder aan dat ze pijn hadden dan mensen zonder PDS. Dat is niet een kwestie van aanstellerij, maar van een grotere gevoeligheid: de zenuwcellen in de darmwand geven eerder het signaal ‘pijn' door aan de hersenen. Dat gebeurt ook al bij normale darmbewegingen: bewegingen die door mensen zonder PDS nauwelijks worden opgemerkt, kunnen door mensen met PDS als pijnlijk worden ervaren, simpelweg omdat er een signaal ‘pijn' naar de hersenen wordt gestuurd.
De grotere gevoeligheid voor het oprekken van de darm kan de pijnklachten verklaren. Pijnklachten ontstaan vaak na het eten - als de darmen zich vullen en actiever worden. Bovendien zijn de darmen van mensen met PDS vaak gevuld met gassen die bij de vertering ontstaan. Dit verklaart het opgeblazen gevoel, maar ook de buikpijn - de darmen worden immers opgerekt en dat is pijnlijk. De klachten worden bij sommigen minder na de ontlasting, terwijl ze bij anderen dan juist toenemen.
Afwijkingen van de darm zelf
Als de darmen van mensen met PDS in het ziekenhuis worden onderzocht, komen geen afwijkingen naar boven. Om die reden wordt PDS vaak een ‘functionele stoornis' genoemd: met de darmen zelf zou niets mis zijn, maar de werking ervan is verstoord. De darmen ‘functioneren' niet goed.
Maar vermoedelijk is er toch meer aan de hand. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat er wel degelijk afwijkingen zijn. Er zijn bijvoorbeeld afwijkingen gevonden van bepaalde receptoren in de darmwand: cellen die informatie doorgeven over de darmbeweging of -inhoud. Er zijn ook aanwijzingen dat de hoeveelheid, samenstelling en verdeling van de darmbacteriën (microbiota) bij mensen met PDS afwijkt. Verder zijn er aanwijzingen gevonden dat de verwerking van darmgas verstoord kan zijn, zodat te veel gas in de darm achterblijft. En ten slotte bevinden zich bij mensen met PDS relatief veel ontstekingscellen (ook wel 'mestcellen') in de darmwand, vooral bij mensen die na een darminfectie blijvende PDS-klachten hebben gekregen en bij mensen met PDS die vooral last hebben van diarree.
Het is goed voor te stellen dat deze afwijkingen tot klachten leiden. Als de receptoren verkeerde informatie doorgeven aan de hersenen, zullen de hersenen verkeerde boodschappen doorgeven aan de darmen en zo de darmwerking verstoren. Afwijkingen van de microbiota kunnen een klacht als het opgeblazen gevoel verklaren. De darmbacteriën zijn onder meer betrokken bij de vertering van voedsel en daarbij ontstaan de gassen die voor het opgeblazen gevoel zorgen. Het zou kunnen zijn dat een afwijkende samenstelling van de darmmicrobiota tot een overmatige productie van deze gassen leidt.
Erfelijke factoren
Waarschijnlijk spelen erfelijkheid en familiaire aanleg ook een rol. Erfelijkheid wil zeggen dat u een aangeboren genetische aanleg heeft om PDS te krijgen. Dat wil niet zeggen dat u zeker PDS krijgt, alleen dat er een grotere kans is. Om daadwerkelijk PDS te ontwikkelen is behalve een aanleg ook een aanleiding nodig, bijvoorbeeld een darminfectie. Naar de precieze rol van erfelijke factoren moet nog veel onderzoek worden gedaan.
Psychische factoren
PDS werd lang gezien als een psychische aandoening: het zou tussen de oren zitten. Dat komt mede omdat er geen duidelijke lichamelijke oorzaak kon worden gevonden. Wat ook meespeelde is dat vrijwel iedereen uit eigen ervaring weet dat er een verband is tussen de hersenen en de darmen. Dit geeft aanleiding tot misverstanden, bijvoorbeeld dat spanning de oorzaak is van PDS.
Het is onwaarschijnlijk dat PDS een psychische oorzaak heeft: PDS zit niet ‘tussen de oren'. Tegelijk is het zo dat psychische factoren - zoals stress en overbelasting - bij veel mensen de PDS-klachten kunnen verergeren of zelfs uitlokken, maar dat is iets anders. Ook heeft PDS psychische gevolgen. Mensen kunnen zich bijvoorbeeld erg voor hun klachten schamen. Zij maken zich soms veel zorgen om hun klachten. Een enkele keer worden mensen zo angstig dat ze allerlei activiteiten uit de weg gaan. Maar nogmaals: PDS heeft geen psychische oorzaak.
Voeding
Dat voeding darmklachten kan veroorzaken is duidelijk. Toch lijkt het er niet op dat de voeding een oorzaak van PDS is, al was het maar omdat mensen met PDS zo verschillend reageren op voedingsmiddelen. Er is geen enkel voedingsmiddel aan te wijzen dat bij iedereen met PDS (dezelfde) klachten veroorzaakt. Dat maakt het onwaarschijnlijk dat voeding een oorzaak is van PDS.
Het is natuurlijk wel zo dat bepaalde voedingsmiddelen de klachten van PDS kunnen uitlokken of verergeren. Dat de voeding de klachten beïnvloedt speelt een belangrijke rol in de aanpak van PDS: u zult leren welke voedingsmiddelen klachten uitlokken of verergeren in perioden van overgevoeligheid en vervolgens hoe u dit kunt voorkomen. Zie Voedingsadviezen
Voedselintolerantie
Een ander punt is dat relatief veel mensen met PDS last hebben van voedselintolerantie, onder meer voor lactose (melksuiker) en fructose (fruitsuiker). Dit betekent dat ze bepaalde voedingsmiddelen niet verdragen en klachten krijgen of dat klachten verergeren. Deze klachten kunnen erg lijken op de typische PDS-klachten. Er is dan echter sprake van voedselintolerantie, niet van PDS. Wel is het vermoedelijk zo dat mensen met PDS én een lactose-intolerantie, eerder klachten krijgen dan mensen met een lactose-intolerantie zónder PDS.
Uw huisarts hoort na te gaan of er sprake is van voedselintolerantie, wanneer dit in de familie voorkomt en als u veel last heeft van diarree.
Niet-verteerde voedingsstoffen
Er zijn aanwijzingen dat mensen die erg veel eiwitten en koolhydraten gebruiken relatief veel niet-verteerde eiwitten en koolhydraten in de darmen hebben. Door gisting en rotting hiervan kunnen klachten ontstaan, die aan PDS doen denken.
Dit verband is nog niet lang geleden ontdekt. Er is meer onderzoek nodig om na te gaan wat het precieze relatie is.
Darminfecties
Bij mensen met een darminfectie (acute gastro-enteritis, buikgriep, reizigersdiarree) ontstaat na afloop relatief vaak PDS. Dat gebeurt niet altijd direct maar soms pas na maanden. In het geval van een door een bacterie veroorzaakte buikgriep is dat bij 25% van de mensen het geval. Kennelijk is er een verband, al is niet helemaal duidelijk wat dat verband is.
Sommige onderzoekers denken dat veranderingen in de microbiota de verklaring zijn. Deze veranderingen kunnen het gevolg zijn van de darminfectie of van de antibiotica, als die is voorgeschreven. Darminfecties of antibiotica zijn echter niet de enige uitlokkende factoren van PDS: er zijn veel mensen met PDS die nooit een darminfectie hebben gehad.
"Mijn PDS-klachten begonnen na een fikse darmontsteking die met antibiotica is behandeld. Misschien was het de ontsteking, misschien de antibiotica, misschien wel allebei... zeker is dat ik sindsdien problemen heb met mijn darmen..."
Geslacht
Ongeveer twee- tot driemaal meer vrouwen dan mannen hebben PDS. Dat doet vermoeden dat de vrouwelijke geslachtshormonen een rol spelen bij PDS. Daar zijn meer aanwijzingen voor: heel wat vrouwen met PDS melden dat ze rond de menstruatie en tijdens een zwangerschap meer of juist minder klachten hebben en na de overgang veranderen de klachten vaak.
Op welke manier de geslachtshormonen precies invloed hebben op de werking van de darmen, is niet duidelijk. Omdat ook veel mannen PDS hebben, kunnen de vrouwelijke geslachtshormonen niet de enige factor zijn.
Darmoperaties
Er zijn aanwijzingen dat PDS kan ontstaan na een buikoperatie. Bij zo'n operatie worden de darmen zelf geopereerd of ze worden opzij gelegd zodat bepaalde organen geopereerd kunnen worden, bijvoorbeeld de lever of de galblaas. Hoe dit zou kunnen leiden tot PDS, is niet duidelijk.
Wel is het zo dat na een darmoperatie klachten kunnen ontstaan als gevolg van ‘verklevingen'. Een verkleving wil zeggen dat er littekenweefsel ontstaat tussen de plooien van de darm, waardoor de darm minder beweeglijk wordt. Dit kan klachten geven die aan PDS doen denken. In dat geval is echter geen sprake van PDS: van PDS is pas sprake bij een bepaald klachtenpatroon waarvoor geen duidelijke oorzaak kan worden gevonden.
Medicijnen
Ook medicijnen worden genoemd als mogelijke oorzaak van PDS. Medicijnen hebben geregeld bijwerkingen, vaak in het maagdarmkanaal. Bovendien tasten medicijnen soms de maag- en darmwand aan. Om deze redenen denken sommige mensen dat medicijngebruik een verklaring kan zijn voor de PDS-klachten.
Erg waarschijnlijk is deze verklaring echter niet, al was het maar omdat lang niet iedereen die PDS-klachten kreeg op dat moment medicijnen gebruikte en omdat lang niet iedereen die medicijnen gebruikt PDS-klachten krijgt. Mogelijk spelen medicijnen dezelfde rol als voeding en stress: ze zijn geen oorzaak van PDS, maar kunnen bij sommige mensen wel klachten uitlokken of verergeren.
"Het heet niet voor niets Prikkelbare Darm Syndroom: mijn darmen reageren eerder en heviger op prikkels dan de darmen van andere mensen... Wat voor prikkels dat zijn maakt eigenlijk niet uit: ander water dan je gewend bent, een fikse ruzie, ogenschijnlijk onschuldige medicijnen, een hete dag... Onze darmen hebben een beetje ADHD, lijkt het wel: ze reageren altijd erg opgewonden..."